Huiseigenaren moeten nu al handelen. Hoewel de hervorming van de onroerendezaakbelasting pas in 2025 van kracht zal worden, moet per 1 januari 2022 de waarde van ongeveer 36 miljoen onroerende goederen in het hele land opnieuw worden vastgesteld.
Vanaf 1 juli 2022 moeten de aparte aangiften ter vaststelling van de waarde van de onroerende zaak, de Duitse Feststellungserklärung, elektronisch worden ingediend. Dit betekent in de eerste plaats dat een grote hoeveelheid gegevens moet worden vergaard.
De onroerendezaakbelasting is een van de belangrijkste belastingen die steden en gemeenten heffen, waarvan zij het bedrag zelf kunnen bepalen. In 2019 hebben de gemeenten 14 miljard euro geïnd via de onroerendezaakbelasting B, die voor onroerende zaken (grond) geldt. Eerst moet de eigenaar van de onroerende zaak betalen. Als het gebouw echter wordt verhuurd, dan wentelt de eigenaar deze kosten af op de huurders. Met de opbrengst kunnen de gemeenten ter plaatse de infrastructuur uitbreiden en kleuterscholen, bibliotheken of zwembaden exploiteren.
Tot nu toe berust de berekening van de onroerendezaakbelasting gedeeltelijk op oude waarden van het onroerend goed; in het westen van Duitsland dateren deze van 1964 en in het oosten van Duitsland van 1935. Door deze oude waarden komt het tot ongelijke behandeling, zoals het Duitse Verfassungsgericht heeft geoordeeld. Als gevolg daarvan moest een nieuwe heffingsgrondslag en een nieuwe wet op de onroerendezaakbelasting worden ingevoerd, die de deelstaten de mogelijkheid bieden van de oude waarden af te wijken.
Wijzigingen in percelen en onroerend goed die na 1 januari 2022 plaatsvinden, moeten binnen bepaalde termijnen aan de Duitse belastingdienst worden gemeld. Daartoe horen verbouwingen, uitbreidingen, veranderingen van de exploitatie en nog veel meer.
De aangiften zijn belastingaangiften, dus iedere nalatigheid of onachtzaamheid kan snel onaangename gevolgen hebben.