3 wijzigingen met betrekking tot het ter beschikking stellen van arbeidskrachten

 

Er zijn drie belangrijke wijzigingen van de wettelijke bepalingen over het ter beschikking stellen van arbeidskrachten. Het gaat om (1) de vergunningplicht voor het ter beschikking stellen van arbeidskrachten, (2) het minimumloon en (3) minder strenge vormvereisten. In dit blog zetten wij de wijzigingen op een rij.

 

1. Noodzaak vergunning voor het ter beschikking stellen van arbeidskrachten (Erlaubnis zur Arbeitnehmerüberlassung)

De Bundesagentur für Arbeit heeft haar werkinstructies m.b.t. de wet Arbeitnehmerüberlassungsgesetz (AÜG) gewijzigd. Hieruit blijkt dat de vergunningplicht nu ook geldt wanneer de terbeschikkingstelling van de arbeidskracht plaatsvindt door een uitlener met zetel in het buitenland (bijv. Nederland) aan een inlener met zetel in het buitenland (bijv. Nederland) en de ter beschikking gestelde arbeidskracht daarna in Duitsland aan het werk gaat.

Een vergunningplicht kan bovendien ook bestaan als de ter beschikking gestelde arbeidskracht überhaupt niet fysiek in Duitsland verblijft, maar er plaatsonafhankelijke werkzaamheden worden verricht en de ter beschikking gestelde arbeidskracht zijn werkzaamheden vanuit zijn home office voor een inlener in Duitsland verricht. 

In deze constellatie heeft de uitlener nu dus een vergunning nodig, die door de Bundesagentur für Arbeit wordt afgegeven. Deze wijzigingen zijn van enorm groot belang voor o.a. Nederlandse uitleners en Nederlandse inleners, die ingeleende arbeidskrachten willen inzetten in Duitsland.

Op overtredingen kunnen boetes staan. Nederlandse uitleners moeten daarom met klem worden geadviseerd om bij hun inleners na te vragen of zij voornemens zijn om ingeleende arbeidskrachten in Duitsland of in hun home office voor een Duitse inlener te laten werken, zodat zij hierop passend kunnen reageren.

Nederlandse inleners moeten met klem worden geadviseerd om in deze situaties bij de uitlener na te vragen of zij over een vergunning beschikken voor het ter beschikking stellen van arbeidskrachten (Erlaubnis zur Arbeitnehmerüberlassung).

Wat betreft de vergunningaanvraag werden de regels gewijzigd m.b.t. het bewijs van liquiditeit. Er moet nu worden aangetoond dat men over € 3.000,00 per ter beschikking gestelde arbeidskracht beschikt, met een minimum van € 15.000,00.

 

2. Minimumloon

Het wettelijk minimumloon voor ter beschikking gestelde arbeidskrachten bedraagt in Duitsland op dit moment (met ingang van 01-11-2024 en nog tot en met 28-02-2025) € 14,00 bruto per uur.

Voor de periode van 01-03-2025 tot en met 30-09-2025 zal een minimumloon gelden van € 14,53 bruto per uur. Het minimumloon voor ter beschikking gestelde arbeidskrachten ligt daarmee hoger dan het algemene wettelijk minimumloon.

 

3. Minder strenge vormvereisten

Overeenkomsten tussen de uitlener en de inlener (Arbeitnehmerüberlassungsvertrag) zijn niet meer onderworpen aan het strenge schriftelijkheidsvereiste. Het is nu voldoende wanneer een overeenkomst in zogeheten Textform, bijvoorbeeld per e-mail tot stand komt.

 

Geschreven door

Torsten Viebahn 10 januari 2025

Bekijk onze andere gerelateerde blogs